Signaal Digitaal - 2023-2 (artikel)

Lezen en spellen in het secundair onderwijs
Auteur Christel Van Vreckem en Annemie Desoete
Prijs € 0,00
Extra 16 pagina's
ISBN ISSN 07786026
Categorie Leerstoornis
Delen op sociale media
Korte inhoud

Signaal Digitaal

2023 - nummer 2 - Is 'meten van' en 'inzetten op' lezen en spellen bij leerlingen met en zonder dyslexie in het secundair onderwijs verloren moeite of de moeite waard?

 

Abstract artikel  

Vlot kunnen lezen en spellen zijn ook voor jongeren en volwassenen belangrijke vaardigheden om goed te kunnen functioneren in onze maatschappij, en dit zowel in een schoolse context, in vrije tijd als in werksituaties. Tot op vandaag waren er weinig voor Vlaanderen gevalideerde instrumenten om achterstand op het vlak van lezen en spellen bij jongeren in het secundair onderwijs (SO) te objectiveren. Nochtans zijn er heel wat jongeren met lees-, spelling- en studieproblemen. De nood aan handelingsgerichte instrumenten voor deze doelgroep drong zich dan ook op. Daarnaast bleek dat er nood was aan tests die rekening houden met de structurele en linguïstische moeilijkheidsgraad van woorden en met de topics waar personen met dyslexie vaak op uitvallen. In dit artikel beschrijven we drie nieuwe tests: de Test technisch lezen, de Test begrijpend lezen en de Test spelling, alle drie bedoeld voor jongeren van het eerste tot vierde jaar secundair onderwijs in Vlaanderen. Verder gaan we in op een aantal onderzoeksbevindingen over het lezen en spellen van deze jongeren. 

Uit het normeringsonderzoek van de drie tests (n = 2252 - 2864 per test) bleek dat leerlingen uit het derde en vierde jaar ASO in Vlaanderen ongeveer 10 woorden meer correct konden lezen op 90 seconden dan leerlingen uit het eerste jaar SO. De gemiddeldes voor begrijpend lezen lagen ook hoger bij leerlingen uit het derde en vierde ASO in vergelijking met leerlingen uit het eerste jaar SO. Verder bleek dat leerlingen van het derde en vierde jaar ook accurater bestaande woorden en pseudowoorden konden spellen, vergeleken met leerlingen uit het eerste jaar SO. Toch maakten vrijwel alle leerlingen, ook leerlingen uit het derde en vierde jaar ASO, nog altijd een aantal fouten tegen de spellingcategorieën die verworven zouden moeten zijn op het einde van de lagere school. Ten slotte bleek dat leerlingen uit het eerste jaar SO minder goed waren in werkwoordspelling, vergeleken met jongeren uit het tweede jaar. Voor zinnendictee overlapten de betrouwbaarheidsintervallen tussen het eerste jaar en het derde jaar niet. Leerlingen van het vierde jaar ASO scoorden hoger dan leerlin-gen uit het derde jaar ASO, zowel voor werkwoordspelling als voor het zinnendictee. Hedge’s g was echter overal <.02, waardoor we wel voorzichtig moeten zijn met het interpreteren van de verschillen.

Een selectie van deze leerlingen (n = 399) met en zonder dyslexie werd longitudinaal opge-volgd om de evolutie van hun technisch lezen en spellen gedurende twee jaar te kunnen beoordelen. Bayesian Factoren (BF) uit dit onderzoek toonden aan dat het verschil voor technisch lezen tussen leerlingen met en zonder dyslexie robuust bleef, maar dat de ver-schillen voor het spellen van bestaande woorden, werkwoorden, zinnen en zelfs voor het spellen van pseudowoorden in de tijd toenamen. Dit wijst erop dat spelling zeker niet vergeten mag worden in de diagnostiek van en in het zoeken naar redelijke aanpassingen voor leerlingen met dyslexie in het SO.  

Ondanks het feit dat er een aantal beperkingen zijn aan dit onderzoek, kunnen we voorzich-tig besluiten dat het meten van lezen en spellen ook in het secundair onderwijs nog de moeite waard is, zeker nu er ook voor Vlaanderen genormeerde, recente, handelingsgerichte tests zijn. Het onderzoek wijst verder ook op het belang van spelling en op de noodzaak om zelfs in het secundair onderwijs nog op een gepaste wijze in te zetten op basisspelling, op maat van de noden en het curriculum van leerlingen in het secundair onderwijs.

 

Download hier gratis het artikel (in PDF)

 

 

Delen op sociale media
CONTACTEER ONS